Longkankeroperaties

Er zijn verschillende soorten longkanker. De snelstgroeiende en gevaarlijkste daarvan is het kleincellig carcinoom. Een longoperatie heeft alleen zin als de tumor nog niet te groot is en als de operatie geen organen in de buurt van de longen beschadigt, zoals het hart.
Bij de ene operatie wordt er meer verwijderd dan bij de andere; bij een segmentresectie alleen wat longweefsel, bij een lobectomie een longkwab; en bij een pneumectomie zelfs een hele long. Na de operatie heeft de patiënt over het algemeen veel pijn waarvoor medicatie noodzakelijk is. De eerste dagen heeft de patiënt een drain in zijn borstkas om vocht en ontsnappende lucht af te voeren. De patiënt krijgt voor en na de operatie begeleiding van een fysiotherapeut om te leren op de juiste manier adem te halen en slijm op te hoesten.

Vragen om aan de chirurg te stellen:

  • Kunt u de gehele tumor verwijderen?
  • Hoeveel long(functie) houd ik over na de operatie?
  • Wat kan ik daar nog mee? Kan ik lopen? Werken? Sporten?